Tekst: Remco Regterschot (voor deltaWonen). Leestijd 15-20 minuten
deltaWonen daagt zichzelf uit in het Jaar van de Zeggenschap. Onder andere door acht mensen van de woningcorporatie in gesprek te laten gaan met kritische kenners buiten deltaWonen. Om eerlijk antwoord te krijgen op vragen als: wat is zeggenschap precies? Wat kunnen we ermee? Zijn er grenzen? Willen we überhaupt zeggenschap? En wie is ‘we’ eigenlijk? In de rubriek ‘Laten we zeggen…’, 8 gesprekken over zeggenschap.
Modeterm of oprechte zoektocht?
Henk (H) en Linda (L) denken na over de vraag wat zeggenschap eigenlijk is. Er zijn immers meerdere definities, die op verschillende manieren kunnen worden geïnterpreteerd. Wat het nóg lastiger maakt, is het feit dat er vanuit een bepaalde positie wordt gesproken over het thema.
L: “Als op mijn plek iemand van de technische dienst had gezeten, krijg je een compleet ander gesprek. Al die factoren maken de vraag complex en daarom probeer ik in mijn antwoord dicht bij mezelf te blijven. Zeggenschap betekent voor mij dat je letterlijk je zegje kan doen. Dat je iets te vertellen hebt en dat ernaar moet worden geluisterd.”
Henk (H), die met zijn vrouw een huis huurt van deltaWonen in een hofje met meerdere zestigplussers, houdt binnen zijn bewonerscommissie de servicekosten kritisch tegen het licht. Iets waar hij goed in is door zijn werkzame verleden bij bouwonderneming BAM. De huurder geeft toe dat zijn beeldvorming deels nog steeds is gebaseerd op de Maserati van Hubert Möllenkamp, de frauderende ex-topman van het Amsterdamse Rochdale.
H: “Ik wil graag vertellen wat ik vind van zeggenschap, maar twijfel of dat zin heeft. Hebben we te maken met een thema waarmee corporaties een negatief beeld willen bijstellen? Schijnparticipatie, derhalve?”
Hebben wij te maken met een modeterm of zijn wij daadwerkelijk begonnen aan een oprechte zoektocht naar antwoorden?” L: “Ons gesprek maakt deel uit van een oriënterende onderzoeksfase. Het is een voortraject richting mogelijke zeggenschap.”H: “Ik denk dat er eerst volledige openheid moet komen voordat je überhaupt kan praten over zeggenschap. Waarheid. Inzichtelijkheid.Pas dan kan ik bepalen in hoeverre er sprake is van zeggenschap. Daarin denk ik meer richting beleidsmatig meebeslissen dan iets mogen roepen over een bepaald onderwerp. Mijn gewenste mate van zeggenschap is pas mogelijk in geval van gelijkwaardigheid en vooralsnog twijfel ik. Hebben wij te maken met een modeterm of zijn wij daadwerkelijk begonnen aan een oprechte zoektocht naar antwoorden?”
’Wij willen liever een tuintje’
Verhoudingen. Belangen. Verschillende definities, Beeldvorming. Persoonlijke perceptie. Er zaten al haken en ogen aan een gesprek over zeggenschap, nu concluderen Henk en Linda grinnikend dat ook hun persoonlijke opvattingen over het instapniveau van zeggenschap mijlenver uit elkaar liggen.
L: “Zeggenschap voor huurders begint wat mij betreft bij het laten meedenken, meepraten en meebeslissen over zaken die in hun wijk spelen. Vanuit een bepaalde medeverantwoordelijkheid, want als je iets wilt, moet je er ook écht voor gaan. Ik woon bijvoorbeeld zelf in een buurt met veel groen dat volledig zou worden bebouwd. Daar zijn we als bewoners voor gaan liggen, door tegen de gemeente te zeggen: ‘Wij willen liever een parkje’. ‘Prima,’ zei de gemeente, ‘en wat gaan jullie daar dan zelf aan doen?’ Daarop hebben we een leuke vereniging opgericht met werkgroepjes en mensen die onderhoud gingen plegen. Nou, hartstikke mooi allemaal, toch? Meedenken en meebeslissen, maar er ook wat voor doen: daar begint zeggenschap.”
Vertalend naar deltaWonen: “Als een bewonerscommissie van een bepaalde buurt denkt servicekosten te reduceren door zelf schoonmaak te regelen, zouden wij kunnen beslissen: ‘Oké, we doen even niks en laten het over aan jullie, maar wel op een manier dat iemand verantwoordelijk wordt gesteld’. Net als in een hofje waar men zelf het gemeenschappelijke tuintje wil onderhouden. En dan controleert deltaWonen of het allemaal netjes wordt gedaan en of er geen klachten binnenkomen. Maar hoe ga je verder? Want als projecten groter worden, moeten er meer bewoners worden gemobiliseerd en komt er in organisatorisch-, juridisch- en contractueel opzicht al snel heel veel meer bij kijken. Dus ik denk: klein beginnen.”
Meedenken en meebeslissen, maar er ook wat voor doen: daar begint zeggenschap Henk schraapt zijn keel en kucht een beetje. Zegt: “Dit zijn details binnen bestaande situaties. Voor mijn gevoel moet er bovenin iets veranderen. Als ik bijvoorbeeld vragen heb over servicekosten, klop ik aan bij onze huurconsulent. Zij heeft niet altijd de parate kennis en dan word ik doorverwezen. Vervolgens loop ik tegen barrières aan. Degene die erover gaat is even op vakantie. En als ik die na veel pijn en moeite te pakken krijg, word ik uitgenodigd voor een gesprek in een kantoortuin waar iedereen alles hoort. Vind ik onprettig.”L: “Kan ik me voorstellen.”
H: “Ik chargeer een beetje om duidelijk te maken dat huurders worden geconfronteerd met een welhaast ambtelijk apparaat dat niet verdwijnt door een trendy thema.”
L: “Dat moet blijken. We kijken behoorlijk kritisch naar onszelf, deltaWonen wil niet blijven hangen in bestaande structuren, we vragen ons juist openlijk en hardop af wat de huurder wil. Zodat we samen kunnen optrekken.”
H: “Begrijp me niet verkeerd, ik juich ontzettend toe dat deltaWonen zaken bespreekbaar maakt. Uiteindelijk geloof ik dat dit een eerste aanzet is tot veranderingen. Maar daar gaat een generatie overheen. Voor werkelijke zeggenschap moeten details juist worden losgelaten, er is een helikopterview nodig. In mijn beleving gaat zeggenschap van wetgeving richting details, niet andersom. Dat tuintje? Daar komen we wel uit.”
Woningwet
Henk en Linda proberen in gedachten de afstand tussen een onderhoudstuintje en het ministerie van Binnenlandse Zaken te overbruggen, waarna Henk als eerste de stilte doorbreekt. “In de Woningwet van 2015 is van alles vastgelegd. Een wet die deels voortkwam uit misstanden van de kwaden waaronder de goeden nu moeten lijden. Het is voor institutionele instellingen daardoor moeilijk om zaken los te laten, zeker als die denkwijze gestoeld blijft op een bestaand machtssysteem. De overheid en deltaWonen gaan daarin mee, bijvoorbeeld door allerlei bepalingen, beperkingen en percentages in de nieuwe Woningwet.”
L: “Daar moet deltaWonen zich aan houden en dat doen wij.”
H: “Maar dat bedoel ik! Corporaties houden zich keurig aan de cijfertjes en dat is letterlijk hun goed recht. Ook deltaWonen blijft keurig onder een percentage van 2,5% scheefwoners in haar bestand. Dus is de conclusie: we doen het goed. Maar corporaties én huurders zouden samen moeten streven naar nul procent. Dan denk ik: geef eerst de absolute aantallen scheefwoners vrij ten aanzien van de vijftienduizend woningen die deltaWonen verhuurt. Maak volkomen transparant op welke basis woningen passend worden toegewezen. Een ander voorbeeld: de inkomensgrens voor huurverhogingen is op de euro nauwkeurig vastgesteld. Daar valt niet over te praten. Maar dat is geen communicatie of zeggenschap, dat is mededelen. Waardoor meepraten amper mogelijk is, want zaken liggen vast.
Laten we klein beginnen L: “Hoe zie je het dan voor je? Dat deltaWonen beleidsmatige informatie direct deelt met individuele huurders en hen per geval kenbaar maakt waarom huurverhoging plaatsvindt, waar servicekosten exact uit bestaan, wat precies het aantal scheefwoners is en hoe deltaWonen toezeggingen van woningen toepast?”H: “Zou ik prettig vinden.”
L: “Buiten de CBR om, vijftienduizend huishoudens laten meepraten over huurverhogingen?”
H, hoofdschuddend: “Nee, nee, nee, natuurlijk niet…”
L: “Hoe dan wel?”
H: “Weet ik niet precies, maar ik laat me graag meenemen hierin. Bij zeggenschap hoort immers gedeelde verantwoordelijkheid. Ik vind dat deltaWonen daar wel degelijk iets aan moet doen. Zeggenschap kan niet plaatsvinden als er wordt vastgehouden aan dictaatvormen.”
L: “Dat begrijp ik en dat is een situatie waarmee wij beide te maken hebben. En ik geloof niet dat wij vanuit onze invloedssfeer de zaak op beleidsmatig niveau gaan veranderen. Waardoor ik denk: laten we klein beginnen.”
Verschuivende machtsposities
Henk en Linda praten nog even door over machtsverhoudingen. Die niet simpel zijn op te lossen. Over de lange weg die er kennelijk nog is te gaan richting zeggenschap. Omdat wensen van huurders en woningcorporaties ten aanzien van zeggenschap mogelijk op verschillende golflengtes liggen.
L: “We zouden moeten toegroeien naar een soort compromis waardoor machtsposities op een natuurlijke manier verschuiven en dat kost tijd. En mochten we helder krijgen wat zeggenschap precies is en hoe die kan worden toegepast, zitten we nog aan regels, structuur en wetgeving waardoor het erop lijkt dat deltaWonen het laatste woord krijgt, of we nou willen of niet. Huurders zijn immers niet allemaal zo enthousiast en betrokken als jij, Henk. Soms worden er met bepaalde groepjes huurders afspraken gemaakt waarna vervolgens één bewoner overblijft die alles in zijn eentje moet doen. Die op een bepaald moment zegt: ik stop ermee, ik ben gekke Henkie niet. Wij kunnen luisteren, faciliteren en begeleiden wat we willen, maar als huurders zich niet aan afspraken houden, grijpt deltaWonen waarschijnlijk terug op de huidige manier van denken: de buurt schoon, heel en veilig houden. Als bewoners niet betrokken genoeg zijn, gaan wíj er weer wat van vinden.”
Toegroeien naar een compromis waardoor machtsposities op een natuurlijke manier verschuiven kost tijd H: “Oh, maar dat moet ook, regels en kaders! Alleen: hoe bréngt deltaWonen het? Hoe communiceer je? In dialoogvorm hebben huurders in ieder geval het gevóel van zeggenschap en dat is een ander uitgangspunt dan hoe het nu gaat.”Bestaande structuren loslaten.
Op welk niveau er ook wordt gesproken over zeggenschap, de huurder en de woonconsulent zijn het eens dat de toon vaak de muziek maakt. In dat opzicht praten ze over communicatievormen en empathie. Over luisteren dan wel het gebrek eraan. Over openstaan voor elkaar.
H: “Verbinden zou daarin een belangrijk streven moeten zijn van beide partijen.”
L: “Vind ik ook.”
H: “Maar de nieuwsbrief van deltaWonen wordt in digitale vorm verspreid. Senioren checken niet altijd hun email, sommigen hebben niet eens een computer. Wat ik hiermee wil zeggen: als er een empathische grondhouding zou zijn, was dat niet gebeurd. En dan was de basis voor zeggenschap al breder. Huurders moeten namelijk hoe dan ook het gevoel krijgen dat er…”
L: “…geluisterd wordt.”
H: “Ja! En dat begint met bewustwording van bovenaf richting huurders.”
L: “Dat ben ik met je eens, communicatie vanuit deltaWonen zou een gevoel van opleggen teweeg kunnen brengen. Maar aan de andere kant: communicatie vanuit individuele huurders begint veelal met irritatie over een vieze stoep of de keuken die niet op tijd arriveert.”
H, lachend: “Misschien heb je gelijk en moeten we kleiner beginnen. Wellicht volgt dan de verandering naar boven vanzelf.”
L: “Word je hierin negatief beïnvloed door een bepaalde indruk die je in het verleden hebt gekregen van woningcorporaties?”
H: “Dat denk ik wel. Meer huurders waarschijnlijk. En als er vanuit een bepaalde machtsstructuur zaken worden opgelegd en medegedeeld, verdwijnt dat vooroordeel niet. In die zin laat ik me graag door deltaWonen meenemen in het Jaar van de Zeggenschap, zodat ze die bij mij weghaalt. Al besef ik dat huurders hierin medeverantwoordelijkheid hebben.”
DeltaWonen geeft zichzelf bloot, we laten kritisch naar ons kijken om zaken bespreekbaar te maken L: “Deze manier van openstellen getuigt in dat opzicht al van een bepaald inzicht, toch? Wij proberen te zoeken naar een manier om bestaande structuren los te laten en gezamenlijk te kijken naar grenzen en mate van zeggenschap. Daarin is geen goed of fout. DeltaWonen geeft zichzelf bloot, we laten kritisch naar ons kijken om zaken bespreekbaar te maken.”H: “Dat vind ik prijzenswaardig. Met name omdat jullie niet intern de discussie aangaan over zeggenschap, maar extern. En dat nog durven delen, ook. Een goed begin.”
L: “Veranderen kost tijd. Het is lastig om zeggenschap te definiëren, in welke mate het toepasbaar is, op welke niveaus er wordt gesproken over zeggenschap en waar eventueel grenzen en wensen liggen. Wat ik inmiddels wel weet: we moeten er vooral met elkaar over blijven praten.”