Tekst: Remco Regterschot (voor deltaWonen). Leestijd 15-20 minuten

DeltaWonen daagt zichzelf uit in het Jaar van de Zeggenschap. Onder andere door acht mensen van de woningcorporatie in gesprek te laten gaan met kritische kenners buiten deltaWonen. Om eerlijk antwoord te krijgen op vragen als: wat is zeggenschap precies? Wat kunnen we ermee? Zijn er grenzen? Willen we überhaupt zeggenschap? En wie is ‘we’ eigenlijk? In de rubriek ‘Laten we zeggen’, 8 gesprekken over zeggenschap.

Mede-eigenaarschap

Martijn (M): “Heel basaal: zonder dak boven je hoofd kan je niet zorgen, niet liefhebben, niet groeien. De maatschappelijke impact van corporaties spreekt me aan, maar in hoeverre zijn wij oprecht in staat om ons af te vragen: waar zitten onze bewoners, wie zijn zij precies, wat willen zij? Een onderdeel van zeggenschap is namelijk mede-eigenaarschap, ik vraag mij af hoe deltaWonen die kan organiseren en hoe daarop onze dienstverlening kan worden aangepast.”

Lucas (L): “De hedendaagse manier van denken over eigendom van huizen is fucked-up.”

M: “De realiteit is dat deltaWonen zo’n vijftienduizend huizen bezit.”

Deeleconomie

Lucas plaatst ‘eigendom’ in historisch perspectief. “De broers McDonald introduceerden een efficiënte wijze van bedienen in Amerikaanse diners. Salesman Ray Kroc zag een succesvol concept en stelde in 1954 een landelijk contract op met de broers. Winstmarges waren echter klein, een andere zakenman bracht hem op een idee: zelf grond aankopen en het concept in franchisevorm uitbouwen. Kroc werd schathemeltje rijk en kocht de broers uit. Degene die niets creatiefs deed of bedacht, profiteerde dus het meest. Doortrekkend naar het heden: tachtig procent van de aarde is in ‘bezit’ van een steeds kleiner groepje waardoor steeds meer mensen zich geen eigen woning kunnen permitteren. Het goede nieuws: het concept ‘hebben’ wordt minder relevant.”

M: “De trend is gebruiken, lenen, huren. Zie Airbnb en Uber.”

L: “Precies. Net als Peerby GO, ‘huren van je buren’, een concept dat door een maat van mij is ontwikkeld. Hij staat inmiddels op een kruispunt: stoppen of met winst verkopen, wat de investeerders willen. Dat gebeurt steeds vaker. Ondernemingen beconcurreren elkaar tot er één overblijft waardoor alsnog sprake is van corporate denken. Uber begon ook vanuit een mooie gedachte, maar is een concept geworden waarbinnen chauffeurs worden uitgeknepen. Betrekkend op de woningmarkt: bijna alles wordt gehuurd van een paar eigenaren die nóg rijker worden. Daarom vind ik het jammer dat de gemeente Amsterdam na jarenlang verzet overstag lijkt te gaan met het verkopen van grond aan projectontwikkelaars…”

“Het zou mooier zijn om gemeenschapsgrond te verhuren met behoud van gemeenschappelijke zeggenschap over bestemmingen”. M: “…waardoor het indianenprincipe verdwijnt van ‘gemeenschappelijke aarde’ die beheerd wordt voor de volgende generatie. Het zou inderdaad mooier zijn om gemeenschapsgrond te verhuren met behoud van gemeenschappelijke zeggenschap over bestemmingen. Zodat de samenleving feitelijk bepaalt. Daarmee creëer je natuurlijk bewustzijn en toekomstvisie in plaats van verdienmodellen of efficiency-gedachten. Door te bezwijken voor de druk van het kapitaal wordt de kloof tussen enerzijds de partij met eigendomskracht en - macht en anderzijds de tijdelijke afnemers, groter.”

Martijn ervaart een soortgelijke spagaat. “Wij bouwen op gemeentegrond die wij onder marktwaarde krijgen, mits daarop sociale woningbouw wordt gerealiseerd. Het geld daarvoor lenen we onder meer van de Nederlandse Waterschaps Bank, een overheidsbank. Wij bouwen dus tégen marktwaarde en verhuren ónder marktwaarde. DeltaWonen voegt weliswaar een stukje maatschappelijke waarde toe aan de totale beleidswaarde, maar uiteindelijk verhuren wij woonruimte voor bedragen die ver onder marktwaarde liggen. En het verschil tussen de sociale- en particuliere sector groeit. Toch doen we het nog steeds heel goed en dat maakt onze sector aantrekkelijk voor investeerders: lage rente, jaarlijkse huurverhogingen, prima rendement. De politiek wil dat wij de markt zijn werk laten doen, maar dat zou betekenen dat de huren omhoog moeten. Als wij ‘ja’ zeggen tegen marktpartijen, moet het rendement immers omhoog. Tegelijkertijd werkt deltaWonen met een maatschappelijke opgave en gemeenschapsgeld. Wij dienen huren juist laag te houden en huurders het gevoel te geven dat huizen hun eigendom zijn.”

L: “Fascinerend. Jij ziet precies wat ik bedoel, maar rekent in maximale marktwaarde en gebruikt profit als maatstaf. Daarbij ga je voorbij aan de identiteit van deltaWonen. Want die is toch: ‘Zorgen dat minderbedeelden ergens kunnen wonen’?”

Identiteit

Lucas komt met een alternatief binnen de spagaat. “Er is een derde optie voor mijn Peerby-maat: zijn concept in stukjes verkopen aan gebruikers. Zoals De Verkadefabriek in Den Bosch, een cultureel centrum. De gemeente draaide de subsidiekraan langzaam dicht waarop de directeur zei: ‘Dan huren wij het ook niet meer van jullie, we laten het kopen door de buurt. Duizend stenen voor honderd euro, de winst keert terug in de gemeenschap, niet naar een paar aandeelhouders’. Ik geloof in deze verlichte versie van bestuur, in dit soort autoritaire democratievormen. Mensen krijgen mogelijkheden om werkelijk mede-eigenaar te worden en voelen verantwoordelijkheid en zorgplicht.”

“Dat je niet leent van overheidsbanken of pensioenfondsen, maar van huurders die mede-eigenaar worden als ze heel lang huren of zo” M: “Jij zegt: verbind verantwoordelijkheid aan bakstenen? Letterlijk? Aan écht eigendom?”

L: “Of op een andere slimme manier. Dat je niet leent van overheidsbanken of pensioenfondsen, maar van huurders die mede-eigenaar worden als ze heel lang huren of zo. Lijkt me cool.”

M: “Mooie essentie.”

Lucas vergelijkt met zijn persoonlijke identiteit. “Op mijn vijftiende maakte ik van een klein bedrag op de aandelenbeurs honderdduizend. Daarvan kocht ik later een huis in Amsterdam met drie slaapkamers in een opkomende buurt om bevriende kunstenaars naar Amsterdam te halen. Die verbleven feitelijk ver onder de marktwaarde in die kamers, maar dat was mijn investering in een creatieve werkplek voor wederzijds stimuleren, inspireren en motiveren.

In andere landen doen collega’s hetzelfde. Dát is deeleconomie. Niet meer vergelijkbaar met Airbnb, dat is ook alweer opgekocht door investeerders.”

M: “Niet iedereen bouwt op een slimme manier zo jong vermogen op. Bovendien creëer je door huur geen bezit.”

L: “Sterker nog: gezinnen aan de onderkant van de samenleving zijn bezig met overleven. En iedereen weet dat een schuldenpositie zorgt voor een minder gevoel van eigenwaarde. Hoe realistisch is het dan om als goedverdienende bestuurder zeggenschap aan deze mensen te verlenen in de verwachting dat zij er op een verantwoorde manier mee omgaan?”

‘Mensen worden geen klant van deltaWonen, maar worden onderdeel van een leefomgeving.’ M: “Dit triggert mij. DeltaWonen staat immers open voor zeggenschap, maar wacht op initiatieven. In de praktijk komen die vaak van dezelfde, betrokken leden van commissies en raden bij wie ik formeel advies dien in te winnen. Binnen die structuur ontbreekt wederkerigheid. Bovendien benaderen wij huurders als klant, voor het uitdrukken van dienstbaarheid sturen wij zelfs aan op cijfers die zij geven aan deltaWonen. Daardoor zitten we in een soort klant-leveranciersverhouding. Daar moeten we vanaf, mensen worden immers geen klant van deltaWonen, maar worden onderdeel van een leefomgeving.”

L: “Verantwoordelijkheid moet dus ergens uit handen worden gegeven.”

Zielige kindjes

Lucas vertelt over zíjn leefomgeving. “Mijn koophuis staat in een blok met huurwoningen, sociale woningbouw en een bejaardencentrum. Mijn Vereniging van Eigenaren (VvE) is een goede club. Stopt een deel van de servicekosten in een potje voor buurtfeestjes of Nederlandse les voor buurtkinderen.”

M: “Corporaties zijn eigenlijk ontstaan uit dit soort situaties. We hebben overigens al een leefbaarheidsbudget, een potje voor huurders in feite, dat wettelijk is vastgelegd. Waaruit jaarlijks bepaalde bedragen kunnen worden aangewend voor leefbaarheidsinitiatieven. We hebben zelfs een afdeling leefbaarheid. Dat blijft dus een vorm van helpen waarbij deltaWonen in een positie verkeert waarbij verantwoordelijkheid kan worden gegeven, maar ook weer kan worden afgenomen. Dat staat zeggenschap in de weg.”

L: “Paternalistisch woord ook, ‘leefbaarheid’. Zo van: jij gaat mijn leefbaarheid verzorgen. Alsof we zielige kindjes in Afrika helpen. Werkt niet. Daarom ook mijn vraag over júllie identiteit. Want als ik als huurder hoor: ‘Wij willen dat jij dit en dit gaat doen en dan creëren wij wel omstandigheden waarin dat kan’, word ik recalcitrant. De pot moet worden beheerd door huurders.”

M: “Loslaten…”

‘Je moet accepteren dat er soms ook iets mis gaat en dat je dat dan moet oplossen’. L: “Ja, maar niet over de schutting gooien. Je merkt dat topdown werken niet meer opgaat, maar volledig omdraaien, werkt óók niet. Er moeten coaching en randvoorwaarden komen waardoor niet telkens het handjevol huurders met geld, vrije tijd en een grote mond komt opdagen. Dat je bijvoorbeeld verplicht stelt dat er genoeg huurders aanwezig moeten zijn bij bepaalde vergaderingen waarin over budgetten wordt beslist. Als je een dergelijke structuur voor elkaar krijgt, gaan mensen vrijheid voelen om zelf dingen te doen. Daarbij moet je accepteren dat er ook iets mis gaat soms en dat je dat moet oplossen. Vergt een andere mentaliteit van deltaWonen. Een ander besef. Als in: ‘Mensen, wij laten zaken los, want wij zijn slechts een vehikel dat zorgt voor woonruimte in een wereld die fucked-up is’. Nu is het van (plechtige toon): ‘Wij. Zijn. Een. Wóóóóóncorporatie’.”

M: “Kwetsbaarder opstellen…”

L: “Ja! Jezelf overbodig durven maken. Niet denken: wij zijn goed en gaan arme mensjes helpen. Willen ze niet. En oprecht willen weten wie jouw huurders zijn.”

M: “Maar als potjes te groot worden, gaat het mis.”

L: “Zeker. Daarom kleinschalig beginnen. Lokaal. En tijd stoppen in verbinden van mensen, niet in willen helpen. Dan zal het altijd zo zijn dat de ene buurt beter met verantwoordelijkheid omgaat dan de andere-. Maar dán is het de kunst om niet het potje terug te trekken, maar om samen te kijken waar het niet goed ging en te zoeken naar een manier waarop het beter gaat. Maar laat ze zelf organiseren.”

M: “En erop vertrouwen dat het goed komt…”

“Loslaten is keihard werken om je er niet mee te bemoeien.” L: “Het kómt goed! Alleen de vraag was en blijft: in hoeverre kan en wil deltaWonen die sociale verbinder zijn? Want loslaten is keihard werken om je er niet mee te bemoeien.”

Denkwijze

Martijn raakt geïnspireerd door Lucas’ vrije manier van denken. Filosofeert mee over andere huurvormen en mede-eigenaarschap van huurders binnen corporaties. Over loslaten van oude vormen en experimenteren met nieuwe-. Over huurkortingen voor community-werk voor studenten die ouderen helpen boodschappen te doen. Bovenal beseft hij: “Huurders zitten kennelijk niet te wachten op de huidige manier van zeggenschap.”

L: “Voila. Waarmee je erkent dat het probleem ook bij jezelf ligt. DeltaWonen zou moeten durven zeggen: ‘Wij zijn niet zo groot en stoer en sterk. We doen het aardig, maar de volgende stap is: minder wij, meer jullie. Die stap is de moeilijkste.”

M: “Daarvoor is een andere denkwijze nodig.”

L: “Ja. En de vraag is of je energie wilt steken in bewustmaken van mensen of dat je bewuste mensen zoekt binnen de organisatie waarmee je verder gaat.”

Het doet Martijn denken aan een collega die complexbeheerder is. “Hij heeft te maken met kamerbewoners, waaronder veel asielzoekers zitten die zich vervelen en op matjes slapen. Op een dag stond ik daar met mijn collega te praten. Die mensen stonden op de gang naar ons te kijken en ik vroeg me af of deltaWonen niet een budget kon aanwenden waarmee die jongens zelf laminaat konden leggen of op een andere manier konden bijdragen aan hun eigen leefomgeving. Mijn collega vertelde dat zoiets lastig is, hij had immers te maken met inspecteurs en onderhoudsmensen. Toen dacht ik: als hij als complexbeheerder nou een eigen budget krijgt van 25 duizend euro om dat allemaal zelf te regelen en achteraf te verantwoorden, creëer ik ook op dat niveau zeggenschap en verantwoordelijkheid.”

L: “Ja, maar dan zal de collega via jouw coaching of uit eigen beweging met die gasten op de gang in vergadering moeten zeggen: ‘Luister, we kunnen het gebouw opknappen, dit is het budget, hoe gaan WE dat doen?’ Want als iemand zegt: ‘We gaan dit opknappen en jij mag helpen’, zou ik me als asielzoeker gebruikt voelen om goedkoop jullie flatje te renoveren. Bovendien: misschien liggen ze heerlijk op die matjes en voelen ze meer voor buurtfeestjes. Dus: goed dat complexbeheerders worden gewaardeerd en vrijheid krijgen, minstens zo belangrijk is dat de asielzoekers serieus worden genomen, want zij wonen daar. Er moet een andere denkwijze ontstaan binnen álle geledingen.”

Uitdragen

Bewustwording van identiteit, anders denken en dat uitdragen. Martijn vraagt zich af welke rol creatieven daarin kunnen spelen.

L: “Leuk dat je dat vraagt. De Rabobank vroeg mij voor een kunstproject. Wilde dat ik een plan bedacht voor een zoektocht naar hún identiteit. Een jaar lang hebben wij daar rondgelopen, overal bijgezeten. Op verschillende afdelingen. Kunst gemaakt. En een presentatie gegeven waarin wij mensen op een ander niveau wilden samenbrengen. Creatieve buitenstanders zijn onafhankelijk, zeggen wat ze denken en praten met de koning en de dakloze. Wij verbinden. Bovendien is het leuker als wij het podium nemen in plaats van zo’n onnozele die speecht in afkortingen. Ons verhaal was beeldend, eerlijk en had impact. Het werd iedereen duidelijk dat de top het eigenlijk ook niet wist en dat er waarschijnlijk mensen zouden worden ontslagen en wel hier en hier om. Waarheid. Kwetsbaarheid. Op álle levels. Antwoord op jouw vraag derhalve: creatieven kunnen een belangrijke rol spelen in bewustwording.”

M: “Hoe zie jij dat gebeuren bij deltaWonen?”

‘Zeggenschap is op meerdere manieren te realiseren, als je de pretentie er maar vanaf haalt’. L: “Het is practice what you preach. Ik zou kleinschalige projecten opzetten met goede huurders en goede deltaWonen-mensen. Pilots. Maar wel een certain win zoeken en die goed uitdragen. Manipuleer positief door een krantje uit te geven onder huurders, bijvoorbeeld, waarin de mooiste zeggenschapsprojecten worden benoemd. Het is belangrijk dat er een goed verhaal komt waarmee je kan zeggen: kijk, het gaat best oké, maar dit is de toekomst, de nieuwe stijl. En deltaWonen is er al mee bezig. (Mede-) zeggenschap is op meerdere manieren te realiseren, als je de pretentie er maar vanaf haalt. Dus nogmaals: wat is jullie identiteit? ‘We hebben veel en je mag van geluk spreken dat je van ons mag huren want we kunnen eigenlijk veel meer verdienen’? Of: ‘Wij vinden het heel belangrijk dat mensen hier kunnen wonen en leven’? Jezelf fantastisch vinden, is een groot gevaar. Kwetsbaarheid tonen, een deugd.”

M: “Ik hoor wat je zegt. Mensen moeten zich kunnen ontwikkelen omdat ze een dak boven hun hoofd hebben. Daar dragen wij graag aan bij, dat is wie wij zijn. Maar in dat bewustwordingsproces is een nogal heftige systeemwereld te doorbreken. Het is niet genoeg om een cabaretier in te huren bij wijze van zelfspot om daarna over te gaan tot de orde van de dag. Dat volstaat niet voor de kwetsbaarheid die nodig is, er zal haast op creatief-filosofische wijze een doorbraak moeten worden gerealiseerd.”

Wilt u meepraten? De komende maanden gaat deltaWonen zich buigen over de adviezen en de uitkomsten van de gesprekken. Om onze visie op zeggenschap vorm te geven en om te kijken hoe wij zeggenschap van onze huurders een plaats kunnen geven in processen en bedrijfsvoering. Wilt u verder met ons in gesprek of heeft u ideeën over een specifiek (woon) onderwerp, laat ons dit dan weten! Stuur een mail naar zeggenschap@deltaWonen.nl.
Lees alle gepubliceerde gesprekken: ‘Meebeslissen, maar er ook wat voor doen!’ Een gesprek tussen huurder Henk Wijngaards en woonconsulent Linda ten Brinke. ‘De verhoudingen zijn doorgeschoten’ Een gesprek tussen Nelleke Vedelaar (voormalig PvdA wethouder in Zwolle) en Petra Stuitje (Programmamanager Leefbaarheid en Bijzondere Doelgroepen) ‘Het moet heel snel heel anders’ Een gesprek tussen Ferenc van Damme (beleidsontwikkelaar bij de Provincie Overijssel) en Evert Leideman (directeur-bestuurder van deltaWonen) ‘Gevaarlijke vraag, hoor: ‘Wat wil jij’?’ Een gesprek tussen huurder (en lid van de Centrale Bewonersraad) Ineke Knoeff en woonconsulent deltaWonen, Dianne Boschloo. ‘Stop de koekoeksklokparticipatie’ Een gesprek tussen Frans Soeterbroek (socioloog/organisatieadviseur/procesmanager en expert Stads- en Gebiedsontwikkeling) en Senior ontwikkelingsmanager bij deltaWonen Martine van der Griendt. ‘Het begint met luisteren’ Huurder Iris Eva en Jeanine Michel (woonconsulent deltaWonen) in gesprek over zeggenschap. ‘Minder wij, meer jullie’ Een gesprek tussen de Vlaamse theatermaker/kunstenaar Lucas de Man en adjunct directeur Klant en Wonen van deltaWonen, Martijn Sweitser ‘Contact is het toverwoord’ Praten over zeggenschap tijdens de Stadsontmoeting op 31 januari
Interessant? Deel dit artikel: